't Was Kerstmis

en andere vertellingen

Door Marie Leopold, (1867-?)
schrijfster van: Een jolig troepje, Dolly, Hanneke, Rudi e.a.)
Met 23 platen van Sijtje Aafjes, (1893-1972)
Uitgever G. B. van Goor Zonen - Gouda, 1923

Het boek bevat 13 korte verhaaltjes.
Deel 6 uit de serie Gezellige Uurtjes

De serie Gezellige Uurtjes bestaat uit:
I. Gitje Eigenwijs, Maren Koster
II. To Hazehartje, Maren Koster
III. Lotgevallen van Twee Poppen, Marie Leopold
IV. De IJsmannetjes, Jaqueline van der Nagel
V. Bij Grootvader, Maren Koster
VI. 't Was Kerstmis, Marie Leopold
VII. Het Toovervrouwtje, Jaqueline van der Nagel e.a.
VIII. Janneke en de Klok, Anna Hubert van Beusekom

Korte inhoud: In de etalage van een speelgoedwinkel ligt het speelgoed te wachten, totdat het verkocht wordt. Het is bijna kerstmis en de kaatseballen, de nuffige pop met het lange zwarte haar, de trompet, de pop met de rode sleep, de bromtol, het fornuisje, de roodgelakte auto, de koetsier en de clown proberen allemaal vooraan te gaan liggen, in de hoop als eerste verkocht te zullen worden.
Als het kerstmis is, worden Nel, Non, Wim en Bob verrast met de presentjes, die moeder in de boom heeft gehangen. Zo vindt "Nufje" de pop een nieuw moedertje in Nonnie en mag zij 's avonds met Non mee naar bed, waar ze al snel in slaap valt.
De volgende morgen krijgt "Nufje" een nieuwe naam, ze zal voortaan Truitje heten.

Fragment uit: 't Was kerstmis:
"Pst, Pst, 't is nu tijd!" fluisterde het dikkertje een paar dagen voor Kerstmis. "Laten we het nu maar probeeren. Ik zal tellen, en heb ik drie gezegd, dan vooruit maar. Een, twee, drie!" Hip, hip, hip, daar wipten onze ballen over de poppen-wagentjes, kamers en bouwdoozen heen, zelfs stieten ze tegen het been van den clown, zoodat hij zachtjes heen en weer bewoog, hip, hip, hip. O, wee, tegen den neus van den koetsier, die daarop slaperig "was?" prevelde.
Hip, hip, boem! daar lagen onze overmoedige, nieuwsgierige vriendjes tegen het raam.
"Ziezoo, daar liggen we nu prachtig vooraan, heb ik dat niet mooi bedacht? Niemand heeft het gemerkt," zei overgelukkig het dikkertje.
"Nog één dag en dan....." fluisterde hij nauwelijks hoorbaar en toen waren beiden zoo stil als muisjes.....

En nu wàs 't Kerstmis....
Vol ongeduld stonden Nel, Non, Wim en Bob voor de suitedeuren te wachten, tot deze opengeschoven werden.
"Mogen we binnen komen, Moeder?"
"Nog een beetje geduld," klonk het antwoord. Twee gekleurde ballen werden nog gauw naast een chocoladen wiegje gelegd.
Een mooie pop met zwart haar werd met een stevig koordje aan den boom bevestigd. En dicht bij haar schitterden de nikkelen belletjes van een mooi paardetoom.
Moeder had het druk om alle cadeautjes een plaatsje te geven.
"Wat is het hier heerlijk," fluisterde een fijn stemmetje naast het chocoladen wiegje, "zóó prachtig had ik mij de groote wereld toch niet voorgesteld! Kijk eens achter mij, daar hangt waarempel "Nufje". Wat ziet zij er toch beeldig uit....."
Daar gingen de suitedeuren open. Stom van verbazing stonden de kinderen den kerstboom te bewonderen.
"Moes, Moesje, wat is dat alles prachtig!" riep Bob. "Wat een lichtjes. Is dat nu alles voor ons?"
"Ja, ja zeker, bekijk den boom maar eerst van alle kanten, dan zullen wij eens zien, wat er voor ieder van mijn kaboutertjes aan zit."
Er kwam geen eind aan het bewonderen. "Nufje" werd niet het minst bekeken.
"O, Moes, ik heb nog nooit zoo'n mooie pop gezien," riep Nonnie opgetogen. "Kijk toch eens dat haar! En dat jurkje!"
Nelly begon dadelijk met haar ballen te kaatsen.
En de pret duurde tot negen uur.
"Kindertjes, nu mogen jullie uit je cadeautjes er één kiezen, dat je graag mee naar bed wilt nemen," zei moeder.
Bob koos de bouwdoos. Wim het paardetoom. Non koos natuurlijk de pop en Nel wou 't liefst haar ballen meenemen.
Allen hadden een kleur van de pret. Moes kreeg een extra kus en al gauw sliep het viertal, zeker droomend over den heerlijken avond.