Miek's Moeilijkheden

Geschreven door Sanne van Havelte,
pseudoniem van Suzanne van Hamersveldt (1889-1968)

Voor het eerst verschenen in 1935

4e druk 1954
Uitgever Van Holkema & Warendorf N.V. - Amsterdam

Deel twee in de reeks boeken van Sanne van Havelte over de families Ter Hegge, Van Eek en Huizinga. De boeken horen bij elkaar, doch vormen elk afzonderlijk een afgerond geheel.

De reeks bestaat uit:
Deel 1 Hun geheim, 1934. Frans van Eek en Jo ter Hegge
Deel 2 Mieks moeilijkheden, 1935. Tim Huizinga en Miek ter Hegge
Deel 3 Hanna's vlucht, 1936 Hanna van Eek en Bob van Hemert
Deel 4 Ietje's hongerkuur, 1937. Lex de Ridder en Ietje Huizinga
Deel 5 In de storm, 1939. Bart ter Hegge en Juultje Huizinga
Deel 6 Het ene talent, 1945. Lies Wessels en Henk van Eek
Deel 7 Toen kwam Tjeerd, 1946. Tjeerd Huizinga en Maddie Monod
Deel 8 De rozen van Hofwijck, 1949. Doede Huizinga en Annemarieke van Heyningen
Deel 9 De verloren melodie, 1951. Jappe Huizinga en Ronnie van Lelieveld
Deel 10 De verborgen fontein, 1955. Daan de Jager en Klaartje van 't Hoff
Deel 11 Voorspel in Florence, 1958. Job van Hemert en Willemijn van Lelieveld
Deel 12 Ontmoeting aan het meer, 1962. Deetje van Eek en Marc Prinse Duthil
Deel 13 Jils roeping, 1966. Jil Huizinga en Thijs Jonkers.

Korte inhoud:
Miek ter Hegge is dolblij als hun gezin, vader, moeder, oudere zus Jo en jongere broer Bart, weer gaat verhuizen van Rotterdam naar de Veluwe. Daar, in de buurt van Beekbergen, is ze opgegroeid en heeft er de heerlijkste zomer van haar leven doorgebracht, toen ze er Tim Huizinga ontmoette.
Jo is nu verloofd met Frans van Eek. Zijn familie: tante An, oom Joost, zus Hanna en broer Henk, zijn sinds die vakantie goed bevriend met de ter Hegge's. Hun neef Bob van Hemert en zijn vriend Tim Huizinga, die voor dominee leert, komen ook geregeld op bezoek, zo hebben de twee families een hechte vriendenband.
In dit deel trouwen Frans en Jo, worden Miek en Tim het eens en maakt Miek kennis met Tim's familie, een domineesgezin, in Friesland. Tim heeft maar liefst 8 broers en zusters en Miek moet daar wel aan wennen, maar vindt het toch heel gezellig. Alleen verlangt ze wel naar de bossen terug en vindt diep in haar hart die weilanden maar niets.
Tim weet een compromis te sluiten door een beroep aan te nemen in Gaasterland. Tòch in Friesland, maar vlak bij Miek's geliefde bossen. Miek en Tim gaan nu trouwen en Miek verlaat dus haar ouderlijk huis, waar ze het erg moeilijk mee heeft.

Fragment uit het boek:
Toen vader ter Hegge die avond na het eten te kennen gaf, dat hij nog even naar zijn kamer ging, vond niemand het vreemd, dat Tim zijn sigaret neerlegde, Freddie van zijn knie zette en opstond om mee te gaan.
"Ik wou u iets vragen," zei hij met een zenuwachtig kuchje, dat hij altijd had, als hij iets belangrijks zeggen moest.
"Ga maar mee!" vader ter Hegge pakte zijn arm, en samen verdwenen ze naar boven.
Even was het stil. Miek voelde, meer dan ze het zag, dat aller blikken op haar gericht waren. En moeder zat zo stil voor zich uit te kijken.... net of ze wachtte.....
En waar waren Hanna en Bob nu gebleven? Zo maar ongemerkt uitgeknepen, die twee.... O, als ze 't nu maar ineens kon zeggen, dat van Tim en haar.... Ze zouden 't misschien toch al begrepen hebben..... Hè wat was 't stil..... Ze bukte om Freddie te strelen.
"Wat is hij lief, hè?" zei ze zenuwachtig, maar niemand gaf antwoord.
Toen begon ze met een verlegen lachje.
"Moeder.... weet u....." Ze wachtte even. Toen ging ze verder: "Weet u.... hm..... Tim is ook verloofd."
"Wat?" Jo vloog met grote ogen op van haar stoel. Zou ze zich dan toch vergist hebben straks?
Miek kleurde hevig, en keek verlegen naar de grond. Met de punt van haar schoen trok ze lijntjes op het kleed.
"Kijk me eens aan, kindje," zei haar moeder zacht. Ze kwam naast haar staan en legde een hand onder haar kin, "en vertel me dan eens, met wie?"
"O," Miek stopte, net als toen ze een klein meisje was, haar hoofd in moeders rok, "met mij natuurlijk."

Hanna's vlucht

Geschreven door Sanne van Havelte,
pseudoniem van Suzanne van Hamersveldt (1889-1968)

Illustraties van Rie Reinderhoff
Uitgegeven in de serie "De Goede Kameraad" 1936
Van Holkema & Warendorf N.V. – Amsterdam

Deel 3 in de serie romans voor oudere meisjes over de families van Eek, Ter Hegge en Huizinga.

Korte inhoud:
In dit derde deel worden Bob en Hanna uitgenodigd om een paar weken in Friesland te komen logeren in de pastorie van Miek en Tim. Daar ontmoeten ze Daantje, een klein jongetje, dat geen ouders meer heeft en in huis is bij zijn grootouders, de overburen van Miek en Tim.
Daantje hecht zich erg aan Hanna en Bob en zorgt er zodoende voor, dat de eens zo zorgeloze, luchthartige jonge mensen de ernst van het leven gaan inzien. Zo vinden Bob en Hanna de prachtige oplossing om voortaan samen voor Daantje te gaan zorgen. Dit loopt nog bijna mis, als ze bij de oom en tante van Bob, waar Bob is opgegroeid, Daantje komen voorstellen. Daantje is ondeugend en wordt in de kast opgesloten. Hierdoor is Hanna zo van streek, dat ze samen met Daantje vlucht.
Op weg naar Friesland merkt ze dat ze geen geld bij zich heeft, doch gelukkig kan ze meerijden met een redder in de nood: Lex de Ridder. Hij zorgt ervoor dat Daantje en Hanna bij Tim en Miek komen. Als later, zowel Bob als Hanna berouw hebben, komt alles toch nog goed.

Fragment uit het boek
"Maar joh!"zei Hanna kameraadschappelijk, als 't nu toch wéér zo'n flirt-type is, dan loop je er toch gloeiend in! Daar wil je je hele leven toch niet mee opgescheept zitten?"
"En dat zeg jij?"
"Hoe bedoel je?"
"Wel-je spreekt daar een tamelijk hard oordeel uit, zou ik zeggen, over een meisje, dat tot hetzelfde type hoort, als jij: dansen, uitgaan, mooie kleren, flirten... Hetzelfde leventje als jij, jonge dame!"
"Nou ja, maar ik... Ik moet het immers zelf weten. Voor mij is het niet erg. 't Is alleen erg, als er iemand is, die met je trouwen wil... of, nou ja, trouwen nog niet dadelijk, maar die het dan toch ernstig met je meent. Als je dàn nog zo'n flirt-type bent..." ze zocht even naar woorden, "nou ja, dan kun je toch nooit een man gelukkig maken."
"Waarom niet?" Hij vroeg het zo scherp, dat ze verbluft opkeek, en ze zag zijn mond hard en samengeknepen.
"Omdat... ik weet niet... misschien verander je ook wel, als je werkelijk van iemand houdt... maar 't lijkt me toch eigenlijk, dat zulke typen als ik, en zoals dat meisje dan, niet geschikt zijn voor een degelijk, kalm leven."