Wilde Roos

Leesboekje uit de serie Van 't Jonge Leven
Een serie leesboekjes voor de Roomse jeugd

Door M. C. Versteeg
2e Leerjaar
6e druk
Drukkerij van Het R.K. Jongensweeshuis Tilburg
Imprimatur, 1952
Voor het eerst verschenen in 1921. In 1925 ook in het Duits vertaald.

M. C. Versteeg, fraterMaria Cassianus Versteeg, (25 mei 1884 - 24 mei 1956), was onderwijzer op lagere scholen te Tilburg en 's-Hertogenbosch.
Hij werd ook bekend met zijn methode Echt Lezen (1932-1933; tien deeltjes), de eerste Nederlandse globaalmethode, waarbij men begint met het aanleren van hele woorden in plaats van met aparte letters of woorddelen. Het uit elkaar halen van woorden in klanken zou niet natuurlijk zijn.

Korte inhoud:
Roos Mulder is erg wild; touwtje springen met de meisjes vindt ze flauw, kaatseballen wil ze niet, ze vindt voetballen flinker en ze speelt liever politie met de jongens. Op school maakt ze al haar sommen fout en verknoeit haar breiwerk. Omdat ze haar Katechismus niet leert vindt de pastoor haar een stout meisje en mag ze geen H. Communie doen.
Als ze weer met de jongens speelt en boven op de grote kar van de voerman klimt, springt ze er af, als de jongens de kar voorttrekken. Roos komt ongelukkig terecht en breekt haar beentje. In het ziekenhuis zorgen de zusters voor haar, doch Roos is erg boos en lastig. Ze wil niet bidden voor het eten en wil naar huis.
De zuster zet een kruisbeeld op haar nachtkastje en zegt dat Roos maar goed naar O.L. Heertje moet kijken, die immers veel meer pijn heeft gehad en veel meer heeft geleden dan Roos. De oude man die naast haar ligt, ligt al 20 jaar in het ziekenhuis en heeft ook veel meer pijn. Hij vertelt haar op O.L. Heer te vertrouwen, die elke morgen bij hem komt. Dat zet Roos aan het denken en als de pastoor op bezoek komt en de zuster met hem praat, krijgt Roos een Katechismus, zodat ze kan leren en dus toch haar Eerste H. Communie mag doen.
De pastoor vertelt dit op school en nu komen de schoolvriendinnetjes wel op bezoek bij Roos. Als het dan zover is en Roos haar H. Communie mag doen, versiert de zuster haar kamer zo mooi, dat het net een kerkje lijkt. De vriendinnetjes staan als zoete engeltjes om haar heen en zingen Communie-liedjes.
Enkele weken later is het beentje van Roos genezen en mag ze naar huis. Ze is niet meer wild en speelt graag met de meisjes en nooit meer met de jongens. Wilde Roos is Goede Roos geworden, dat kwam zeker door haar Eerste H. Communie.

Fragment uit het boek:
Roos niet goedgekeurd
't Was weer lering.
De meisjes zouden gekeurd worden voor hun Eerste H. Communie.
De Pastoor wist wel, wie altijd goed de les gekend hadden.
Alle meisjes hadden flink geleerd.
Ze dachten: Ik word goedgekeurd, ik ken alles.
En daarom waren ze blij in hun hart.
Roos zat op de achterste bank.
Die was niet blij. O, nee!
Ze werd bang en heel verlegen.
De Pastoor begon te vragen.
Alle meisjes kenden de lessen prachtig!
Toen kwam Roos aan de beurt.
Ze kon geen enkel goed antwoord geven.
Ze werd rood - tot achter haar oren.
De Pastoor keek haar streng aan.
Alle meisjes waren goedgekeurd.
Roos niet.
Roos zou haar Eerste H. Communie niet mee mogen doen.

Toen de lering uit was
Toen de lering uit was, gingen de kinderen weg.
De Zuster stond in de gang van de school.
Alle meisjes liepen naar de Zuster, en zeiden: Ik mag mijn Eerste H. Communie doen, Zuster!
De Zuster was blij - en feliciteerde ze.
Toen kwam Roos.
Die zei niets - die wou vlug voorbij lopen.
Maar de Zuster greep haar bij de arm, en vroeg, of zij ook goedgekeurd was.
Roos durfde de Zuster niet aankijken.
Ze durfde niets zeggen. Ze schudde: nee.
Dat is jammer, zei de Zuster.
En ze fluisterde nog iets zacht in 't oor van Roos.
Toen de meisjes buiten waren, keken ze allemaal naar Roos.
Niemand wou met haar spelen.
Een paar meisjes lachten haar uit - dat was niet mooi!
Toen zei Roos boos: Ik geef er niets om.
Dat was niet waar - dat zei ze zo maar.
Want ze vond het zelf ook erg, dat ze haar Eerste H. Communie niet mocht doen.
Thuis vroeg moeder, of ze goedgekeurd was.
Nee, zei ze - en liep gauw weg.
O, wat vond moeder dat verdrietig!
Roos liep op straat - en speelde nog wilder dan gewoonlijk.