Sla je er doorheen, Kees!
Lief en leed van een jeugdige bokskampioen

Geschreven door P. J. Schepers
Met illustraties van Jan Lutz (1888-1957)
Uitgeverij "De Sleutel" - Antwerpen - Haarlem, 1947

Korte inhoud:
Tijdens de hongerwinter van 1944 volgt de dan 17 jarige Kees Kroes de lessen van de H.B.S. te Den Haag. Kees wordt door zijn mede leerlingen "de bokser"genoemd, omdat hij foto's van boksers spaart en altijd over boksen praat. Op een dag wordt hij door Dries van Veen, wiens vader bij de weermacht werkt, in elkaar geslagen. Kees schaamt zich en neemt zich voor echt te leren boksen.
Na de bevrijding, als Kees zijn einddiploma heeft ontvangen, gaat hij op kantoor werken bij economische zaken. Kasper, "de rooie", zijn Amsterdamse vriend, haalt hem over zich in te laten schrijven bij de boksclub "Pugila". Van vader mag Kees dit niet, doch Kees bedenkt een list, hij zegt stenografie en machineschrijven te gaan leren, doch neemt stiekum bokslessen.
Als vaders zaken slecht gaan, is er voor Kees geen toekomst meer en hij vertrekt naar de U.S.A., naar een relatie van vader. Op weg naar de boot, wordt zijn geld gestolen. Hij betaalt nu zijn overtocht door als matroos aan te monsteren. Tijdens een loeiende orkaan, slaat Kees overboord en verdwijnt in de golven. Hij wordt gered door 3 mannen in een sloep, die hem aan wal zetten in Amerika. Kees ontmoet daar een boksmanager, die hem uitnodigt naar New York te komen. Na allerlei avonturen bereikt Kees uiteindelijk New York en gaat hij boksen in de school van Tim Turtle. Hij treedt op in circussen, kermissen en variete's, waar hij zich volgens zijn contract iedere tweede ronde in elkaar moet laten slaan. Zo reist hij heel Amerika door, totdat hij hier genoeg van heeft en zijn tegenstander neerslaat. Het publiek is razend enthousiast. Kees wordt nu Kees Bols genoemd en mag als ster-bokser optreden.
Later krijgt hij een nieuwe naam: Catty Crookybull, zal hij voortaan heten. Onder deze naam wint hij vele gevechten en verdient heel veel geld. Dan gaat Kees terug naar Holland, waar hij een wedstrijd tegen een Hollander gaat vechten. Zijn vader zit in de zaal en herkent zijn zoon. Wat is hij trots op hem!
Thuis gekomen betaalt Kees alle schulden van zijn vader, zodat deze kan gaan rentenieren, meet zich bij een "first class taylor" een chique costuum aan, waarmee hij door de Spuistraat flaneert en laat bij zijn oude boksclub Pugila splinternieuwe gymnastiektoestellen bezorgen.
Kees Kroes, een doodgewone Hollandse jongen, heeft laten zien hoe ver je met ijzeren wilskracht kunt komen. Hij heeft zich letterlijk en figuurlijk door ontelbare moeilijkheden en gevaren h e e n   m o e t e n   s l a a n om zijn doel te bereiken!

Fragment uit het boek:
Kees denkt dikwijls aan de toekomst, maar met meer vertrouwen en met meer optimisme dan zijn vader. Hij stelt vertrouwen in de steeds toenemende kracht van zijn gespierde armen en vuisten.
"I k   z a l   m e   e r   v a s t   e n   z e k e r   d o o r h e e n   s l a a n," neemt hij zich herhaaldelijk voor, "ik zal het publiek en Mike Flanagan en Tim Turtle vandaag of morgen eens laten zien, dat ik heus geen pummel ben, die zich voor een paar dollars iedere dag tweemaal tegen de vloer laat slaan. Die poppenkast begint me de keel uit te hangen!"….
Ze zijn in Philadelphia en treden op in de grote schouwburg "City Palace" genaamd. De zaal is tot de nok toe vol en Mike heeft juist met de "Engelsman" afgerekend. Dan is de hele zaal weer in spanning voor de eindstrijd tussen Mike Flanagan en Kees Bols, "the famous Dutch champion" zoals Tim Turtle's reclame-slagzin op het programma luidt.
Kees neemt weer, zoals reeds zo vaak, zijn plaats in tegenover Mike en incasseert wederom een hele serie geduchte klappen. Hij zelf mag Mike slechts op zachte tikken onthalen, zoals het contract voorschrijft. Maar vandaag jeuken zijn vuisten meer dan ooit, hij brandt gewoonweg van verlangen, om er nu eens eindelijk op los te beuken, met al de kracht, waarover hij beschikt, met al de vechtlust, die in hem popelt!
Daar komt nog bij, dat hij de vorige avond in de grootste bioscoop van Philadelphia een film gezien heeft, waarin Jack Dempsey een veel zwaardere tegenstander met een enkele, geweldige slag vloert. Prachtig was dat!…. En onwillekeurig heeft hij Mike een hardere slag toegebracht, dan volgens het contract is toegestaan.
"Een beetje kalm aan, jongeman," fluistert Mike verstoord, terwijl hij Kees een rechtse midden op de neus toebrengt. Kees wordt nijdig en doet een flinke treffer op Mike's kin belanden.
"Ben je dol geworden?" stoot Mike uit en Kees krijgt een linkse tegen zijn slaap, waar hij een ogenblik van duizelt.
Nu echter gaat hij voorzichtig in dekking en doet naar alle regelen der kunst een frontaanval op zijn tegenstander. Een rechtse hoek van Mike wijkt hij uit en lanceert vlak daarop een directe tussen de ogen van Mike. Die blijkt bijzonder hard te zijn aangekomen. Mike's benen worden slap en hij valt achterover in de touwen.
"Je bent krankzinnig, sufferd!" sist hij woedend tegen Kees.
"Sta op!" antwoordt Kees. "Laten we behoorlijk vechten als man tegen man!"
Maar achter de coulissen staat Tim Turtle woedend te trappelen. "Gordijn naar beneden!" gilt hij, "die Hollander is gek geworden!"
Doch ook de schouwburgdirecteur staat achter de coulissen. "Geen sprake van!" roept hij, "het publiek zou in opstand komen en mijn hele theater afbreken. Doorgaan! Doorboksen!!"
Kees laat een hagel van slagen op de totaal verbouwereerde Mike neerkomen.
"Gong!" gilt de manager. "Gong!!" En de gong geeft het teken voor de pauze, ofschoon de drie minuten nog niet om zijn.
Schuimbekkend van woede rent Tim Turtle naar Kees toe.
"Jij bliksemse Hollander," raast hij "jij idioot! In de tweede ronde laat je je neerslaan en uittellen! Begrepen?"
"Niets heb ik begrepen!" antwoordt Kees. "Ik heb genoeg van die poppenkast. Ik doe niet meer mee aan die zwendel van jullie. Jij en Flanagan geld verdienen en ik me laten afranselen als een kwajongen? Ik denk er niet meer aan. Vechten wil ik, en vechten zal ik. Ik ben bokser mijnheer, en geen punching-bal voor uw man."