Spaghetti van Menetti
Het verhaal is geschreven door Kees Leibbrandt, (1932-1965)
en getekend door Carl Hollander, (1934-1995)
Een boek uit de A.P.-Jeugdserie
Uitgever N.V. De Arbeiderspers - Amsterdam - 1964
Voor kinderen van 6 jaar en ouder
Korte inhoud:
Boven op een berg ligt het dorpje Spriet. Alles in Spriet is dun. De huizen, de bomen, de lantaarnpalen en ook de mensen. In de dunne huizen zitten hele smalle deurtjes en aan de bomen groeien alleen maar dunne takjes.
Meneer Menetti is verbaasd als hij er komt. "Die dunne mensen zijn vast niet gezond, ze lijken wel aangeklede bezemstelen," denkt hij.
De dunne mensen vinden Menetti maar een dikzak en roepen hem na op straat. Wanneer hij honger krijgt en wat wil eten, past hij niet bij de bakker door het smalle deurtje. De Sprieten lachen hem uit en Menetti moet op straat blijven slapen, omdat hij ook niet door de deur van het hotel past.
Hij moet nu geld gaan verdienen en krijgt een goed idee. Dunne mensen eten dunne dingen en dat is ..... spaghetti! Dat smaakt heerlijk. Lange, dunne draden voor lange, dunne mensen. Mooier kan het niet!
En zo bouwt hij een tent midden op het plein, zet er een fornuis in en gaat spaghetti verkopen. Warme spaghetti in een puntzak! Op de heerlijke geur komen spoedig de mensen af. En weldra staat iedereen te smullen van de spaghetti van Menetti! "Eet er maar veel van, misschien gaan jullie er dan wat beter uit zien, magere Sprieten!" roept Menetti. De mensen vinden het zo lekker, dat ze er niet meer af kunnen blijven en eten de hele dag door.
Doch na een paar dagen gebeurt het. De Sprieten worden te dik! Ze barsten uit hun kleren en kunnen niet meer door de smalle deurtjes hun huizen binnen. Zo moeten ze 's nachts in de regen buiten blijven.
Dit kan zo niet langer. De burgemeester verbiedt nu het eten van spaghetti en de dokter zegt dat iedereen gymnastiek moet gaan doen om te vermageren. Zo gebeurt het. Iedereen gaat kopje duikelen, hardlopen, bokspringen en kniebuigingen maken. Ponden lichter moeten ze worden!
Menetti verkoopt nu geen spaghetti meer, de Sprieten zijn boos op hem, omdat hij hun met zijn dunne eten dik heeft gemaakt en ze jagen hem weg, het bos in. Menetti is bedroefd en gaat als het donker wordt in een hut liggen slapen.
Tien dagen later zijn de Sprieten weer dun en kunnen hun huizen weer binnen. Als de burgemeester een boswandeling maakt, ziet hij meneer Menetti, die in de hut ligt. Hij is ziek en erg mager geworden. De burgemeester heeft medelijden met hem en wil hem helpen. Met de vijf knapste Sprieten bedenkt hij een plan. Menetti mag weer in de stad terugkomen en krijgt een winkeltje, waar iedere inwoner van de stad, per dag vijf draadjes spaghetti mag kopen. Niet meer, anders worden ze weer te dik. Menetti wordt met een koets opgehaald en in de stad teruggebracht. Wat een feest! Overal hangen vlaggen en wimpels en de Sprieten dansen in de straten.
"Ja, we worden weer dikke vrienden," zegt Menetti tegen de burgemeester. "Nee, Menetti, dát niet. Wij zijn géén dikke vrienden. Wij zijn magere vrienden en dat moet zo blijven!"
En zo staat er nu tussen de dunne huizen van Spriet, een dik winkeltje, waar Menetti iedere dag aan iedere Spriet vijf heerlijke, lange draden spaghetti verkoopt. Samen leven zij zo nog lang, dun en lekker!
Fragment uit het boek:
De spaghetti is gaar. Menetti vult een puntzak met de lange witte draden. Dit kost één kwartje, roept hij. Eén kwartje maar voor een zak vol met lekker dun eten. Spaghetti van Menetti!
De Sprieten durven eigenlijk niet goed. Zulke slangetjes om op te eten hebben ze nog nooit gezien. Het ruikt zalig en het is niet duur. Voor vijfentwintig cent een hele zak. En die Menetti met zijn buikje ziet er uit als een lekkerbek. Die zal wel weten wat smullen is.
Een klein Sprietje koopt als eerste een zak. Voorzichtig stopt hij een draadje in zijn mond. De anderen kijken hem nieuwsgierig aan. Lekker, zegt het Sprietje. Hij neemt een grote hap. Heus heerlijk! Hap.
Nu krijgt Menetti meer klanten. Iedereen wil de spaghetti proeven. Stralend schept hij de puntzakken vol. Dit is gezond, zegt hij. Dit is goed voor jullie. Eet er maar veel van. Misschien gaan jullie er dan wat beter uit zien, magere Sprieten!
Een uur later staat iedereen op het plein te smullen. Sommige Sprieten beginnen al aan hun derde zak. Met hun spitse vingers stoppen zij de plukjes draden in hun mond. Steeds beter gaat het de Sprieten smaken. Sommige vragen met een volle mond om nóg een puntzak aan Menetti. Die heeft nu al twee pannen op het fornuis staan. En zijn zakken zitten vol met kwartjes.
De burgemeester is er ook. Hij verslikt zich bijna. Thuis heeft hij nog nooit zo lekker gegeten. Grote happen neemt hij.
Steeds vlugger.
Een lange draad zit achter zijn oor. Kijk, de burgemeester morst! Er zitten zelfs draden tussen zijn ketting. Het is haast niet netjes zoals hij eet.
Het lijkt wel een feest op het plein. De Sprieten houden de draden hoog boven hun hoofd en laten ze in hun dunne halzen zakken. Sommige mensen komen gewoon in de knoop. Zij zitten met de draden aan elkaar vast. Bij de tent van Menetti is het een geweldig gedrang. De mensen blijven eten tot het helemaal donker is.
Zo gaat het een paar dagen. Menetti heeft het razend druk. De vrouwen in Spriet koken zelf niet meer. Ze gaan naar het plein en halen bij de tent een paar zakken spaghetti. Die doen zij thuis in een schaal op tafel. Menetti wordt een rijk man en is de beste vriend van iedereen. 's Nachts slaapt hij in zijn tent. Want de deuren in dat vreemde stadje Spriet kan hij nog steeds niet door. Hij blijft te dik, Menetti.
Kijk! De Sprieten gaan er door de spaghetti van Menetti beter uit zien! Het lijkt wel of ze ook buikjes krijgen. En ze worden dikker in hun gezicht. Zie je wel, denkt Menetti. Het is maar goed dat ik hier ben gekomen. Dit wordt nog eens een gezond volkje!