De geheimzinnige Kluizenaar
Geschreven door Peter van Campen
Tekeningen van Klaas Pijlman
Uitgever G. W. Breughel - Amsterdam, 1947
Korte inhoud:
Kort voor de 2e Wereld Oorlog worden er op de hei bij het dorp Zandwoude militaire oefeningen gehouden. De 3 HBS-vrienden, Cor, Dick en Leo hebben hier veel belangstelling voor, evenals voor een geheimzinnige kluizenaar, die zich in de bossen verbergt.
De landloper Grijnsen en malle Juuk, een rondtrekkende venter, zijn bekenden van de kluizenaar. Ook bakker Schrammenga heeft contact met de kluizenaar, als deze bij hem in de winkel brood komt kopen. De knecht van de bakker, Wim, is een broer van Cor. Hij bouwde een ingenieus radiotoestel, waarbij de radiolampen vervangen werden door aparaatjes die veel goedkoper en eenvoudiger waren. Als Wim het toestel demonstreert aan de 3 vrienden, horen ze een geheime zender, die vlak in de buurt moet zijn. Ze horen: "..... zal plaatsvinden te Zandwoude, donderdag aanstaande......"
Wanneer er tekeningen uit de legertenten worden gestolen, er een vuurgevecht plaatsvindt, waarbij Grijnsen bloedend in de hei blijft liggen, Wims radiotoestel gestolen wordt, waarbij bakker Schrammenga en zijn russische vriend Sternikof een verdachte rol spelen en er 's nachts tijdens de oefeningen een geheimzinnig vliegtuig in de zoeklichten wordt gevangen, leggen de vrienden een verband met het geheimzinnige radiobericht. Voor het eerst denken ze aan "spionage!"
Als Cor en Leo tijdens een onweer in een schaapskooi willen schuilen, blijkt dat de Rus Sternikof en een man, genaamd "Wakels", daar al zijn. Wakels vertelt de jongens dat zij geheimagenten zijn en dat het van het grootste belang is dat de jongens over hun zullen zwijgen. Toch besluiten de vrienden, die het niet vertrouwen, het aan Dick en Wim te vertellen en gaan ze met z'n drieën op een middag opnieuw naar de hut om, liggend in een greppel, de mannen af te luisteren. Zo horen ze dat Sternikof en Wakels doorhebben dat ze verdacht worden en dat ze plannen maken om te verdwijnen. Malle Juuk is ook ter plaatse en hij zorgt ervoor dat de drie vrienden gesnapt worden en in de hut worden opgesloten.
Als Wim ongerust is omdat Cor niet thuiskomt voor het eten en hij eens bij de schaapskooi komt kijken, ziet hij door een kier zijn gestolen radiotoestel staan. Een man, gekleed in een vliegeruitrusting, is juist aan het uitzenden. Snel waarschuwt Wim de politieman Verspuur, die ook in de buurt is. Plotseling cirkelt er een vliegtuig boven hen, dat snel lager komt en landt bij de schaapskooi. Mannen in leren jassen sjouwen bagage naar binnen en klimmen in het toestel. Na een gevecht met Wakels, die ontsnapt en verdwijnt in het vliegtuig, worden de geknevelde vrienden bevrijd. Het vliegtuig stijgt op, doch plotseling klinkt er mitrailleurvuur en komen er militairen op motorfietsen aanracen. Het vliegtuig stort neer en parachutisten dalen neer. Het zijn Wakels, Schrammenga en Sternikof, die door de militairen gevangen worden genomen.
Nu is alles snel voorbij en wordt er duidelijk dat Wakels en de kluizenaar één en dezelfde persoon zijn. Bij de burgemeester thuis wordt er nagepraat en komt er aan het licht dat Wakels een lang gezocht misdadiger is, die spionage bedreef voor de meestbiedende regeringen. De jongens krijgen, als dank voor hun hulp, een boek en de volgende dag verschijnt er een artikel over de zaak in de krant, met een foto van de vrienden erbij.
Fragment uit het boek:
Daar beginnen de motoren van het vliegtuig weer op z'n hevigst te grommen; de mannen - allen gekleed in bruine leren jassen - zijn ingestapt en het toestel staat klaar voor vertrek. Dat het nog niet start, is omdat een van de mannen nog op zich laat wachten.
Opeens schrikt Wim van om hulp schreeuwende kreten uit de stal..... Daarbij enkele hoge stemmen, die angstig roepen..... Jonge stemmen zijn het, die Wim dadelijk herkend heeft. Wim schreeuwt iets terug - wat het is beseft hij zelf niet - smijt de deur van de schaapskooi wijd open, rent op het houten schot af, en botst met volle zwaarte op de deur rechts, die met een klap openslaat. Dan staat hij in een verlichte ruimte. "Wim!!......" roepen drie jongens tegelijk. Daar, in een hoek ziet hij ze liggen: Cor, Dick en Leo, op de grond, hun armen en benen omkneld met dik ijzerdraad. In één ontzettend ogenblik heeft Wim nu de gehele situatie doorzien. Zijn eerste gedachte is: de jongens bevrijden! Maar een ander heeft zijn hulp nodig. Want midden op de ruwe vloer liggen twee mannen in een worsteling op leven en dood. Het zijn Verspuur en de donkere man, die Wim zoëven door de kier heeft begluurd.
Verspuur ligt onder, benauwd hijgend, met paars gezicht. De ander - 't is Wakels - knelt zijn slachtoffer met arm en knieën op de grond, waarbij hij zijn rechterhand om de keel van Verspuur wringt, op 't punt den man te wurgen.... Maar zonder zich te bezinnen heeft Wim zijn handen om de hals van Wakels gesloten en slingert hij den man met een van woede bovenmenselijke kracht op zij, zodat hij tegen de openstaande deur optuimelt.... Uit de hoek van het vertrek komen vreugdekreten: van de jongens! Wim houdt zich klaar voor een worsteling, maar Wakels staat zo vlug als zijn vliegerkleding dit toelaat op, en neemt de benen.
"Grijp 'em Wim!" schreeuwt Cor opgewonden. Wim weifelt. Moet hij de jongens niet eerst helpen? En Verspuur? De laatste is opgestaan en kijkt Wim dankbaar aan. Hij begrijpt Wims tweestrijd. "Ik zal de jongens wel helpen," zegt hij haastig. "Probeert u den man nog te grijpen.... Zelf kan ik niet, mijn been...."
Wim rent weg. Buiten ziet hij Wakels naar het vliegtuig hollen. Inhalen is onmogelijk, hoeft hij niet eens te proberen. De man heeft het toestel al bereikt.... Nu stapt hij in.... De motoren grommen zwaar, de machine beweegt, taxiet enkele tientallen meters over de hei, en komt los....
Pas nu dringt het goed tot Wim door wat er gebeurd is. Een troep dieven is er van door! Een troep misdadigers, die hem en de politie te vlug af zijn geweest.... Wim schreeuwt van spijt en woede.....
Mijnheer Verspuur, die van de emoties wat bekomen schijnt, komt hinkend naar buiten, vergezeld van Cor, Dick en Leo.
"Ze zijn ontsnapt!" jammert Wim.
"Was te verwachten....." zegt mijnheer Verspuur kalm. "Wij alleen konden ook niets beginnen!"
Daar begint ergens een machinegeweer te roffelen, nog een, en nog een, van verschillende kanten!
"Mitrailleurs!" schreeuwt Cor.
Van de weg af komen drie motorfietsen aan knetteren, bereden door militairen.....