Nou wij, boys!
(van junior tot international)
Geschreven door Ton van Beers (1907-1991) en A. van Emmenes (1897-1989)
Illustraties van Bob Uschi (1911-1995)
Uitgeverij Nieuwe Wieken N. V. - Amsterdam, 1950
Afgebeelde boek is de tweede druk (8e-11e duizendtal), 1953, (met dank aan Chris Willemsen).
Met een voorwoord van Ir. H. F. Hopster voorzitter van de Jeugdcommissie van de K. N. V. B.
Uit het voorwoord:
Clubliefde, onderlinge vriendschap, sportiviteit, opofferingsgezindheid, kortom alles wat een jongen stempelt tot een ware sportmakker, wordt in dit boek gedemonstreerd, terwijl aan de andere kant niet verzuimd is de keerzijde van de medaille in schrille tegenstellingen te tonen.
Clublid van Quick op de wijs van "Dat is de kleine man" van Louis Davids:
Dat is ons oude Quick,
Ons goeie, ouwe Quick.
Kom kerels, pak 's stevig aan
Dan winnen wij 'm dik.
Stroop op je mouwen, hárder sjouwen,
Geef 'm van katoen
Dan wordt ons ouwe, ons getrouwe
Quick weer kampioen.
Korte inhoud:
Het gaat niet goed met de voetbalvereniging Quick.
Volgens Dr. Verheg, een oud-international en jeugdleider, speelt de club 'ouderwets voetbal'. Hij wil dat ze het nieuwe stopper-spil-systeem gaan spelen. De voorzitter gelooft hier niet in, maar Dr. Verheg, "Dok" voor zijn jongens, mag met één elftal zijn gelijk gaan bewijzen. Hij kiest voor het Juniores II elftal. Hier speelt ook zijn zoon in. De doelman, Harm Rikkers, is de enige die geen schoolopleiding meer volgt, doch als monteur in een garage werkt. Zijn vader, ook een oud-international en medespeler in het team van Dr. Verheg, is in de oorlog omgekomen. Harm helpt nu mee om thuis de kost te verdienen, omdat hij een ziek klein zusje heeft, dat veel geld kost.
Hij raakt in gewetensnood, als iemand van de tegenstander E.D.C., hem probeert om te kopen voor een belangrijke kampioenswedstrijd. Omdat hij weigert, raakt hij zijn baan in de garage kwijt en moet op zoek naar een nieuwe baan. Die vindt hij wel, doch hij zal minder gaan verdienen, zodat hij zijn avondstudie op moet geven.
Gelukkig wordt JunioresII kampioen en na de vakantie worden ze bevorderd tot Juniores I. Ze trainen nu hard op het wondermiddel "de switch", waar ze veel succes mee oogsten. In Parijs doen ze mee aan een jeugdvoetbaltoernooi en behalen zowaar de tweede plaats.
Als het met het eerste elftal van Quick nog steeds bergafwaarts blijft gaan, treedt de voorzitter af en wordt Juniores I het 1e elftal. Dat is de redding van de club. Harm stopt een strafschop tijdens die belangrijke wedstrijd, zodat ze winnen, doch als hij thuiskomt is zijn moeder in tranen, want Lenie, zijn zusje, moet naar Zwitserland, waar geen geld voor is.
Als men dan ook nog probeert om Harm om te kopen met 6000 gulden, waarmee Lenie's reis naar Zwitserland betaald zou kunnen worden, is Harm ten einde raad en gaat hij alles aan Dok vertellen.
Dok is blij dat Harm hem alles eerlijk verteld heeft, en hij schakelt de voorzitter van de Koninklijke Voetbalbond in. Deze is zo trots op Harm, dat hij via zijn relaties er voor zorgt dat Lenie gratis naar Zwitserland kan en dat Harm voor architect mag gaan studeren bij een bekend oud-international.
Als dan de kampioenswedstrijd gespeeld wordt, wint Quick deze met 7-1 en Harm neemt zelfs een penalty. Als ook Oranje, door het spelen van ouderwets voetbal in de problemen raakt, wordt bijna heel Quick nu het Nederlands elftal, met uitzondering van 1 speler, de beroemde Fries Oene Friezema, die zich tussen de Quick spelers zal voegen.
In de Hel van Deurne, tegen de Rode Duivels, wordt het gelijk van het moderne voetbal bewezen. Niemand begreep er meer iets van: Geen W-formatie, geen M-verdediging, geen magisch vierkant, doch wie had ooit gehoord van het S.S.S.S.S. (Super-Switch Stopper-Spil-Systeem)? Na een aanvankelijke achterstand, roept heel het stadion: NOU WIJ BOYS! NOU WIJ BOYS! Ja, door het moderne systeem te spelen, volgt de overwinning op het ouderwetse voetbal! Dok is ontroerd, als hij aan het einde van de gewonnen wedstrijd door zijn jongens op de schouders wordt genomen.
Fragment uit het boek:
Dr. Verheg gooide jas en hoed op een stoel en verontschuldigde zich bij z'n jonge vrienden, dat hij zich verlaat had.
"Ik had moeilijkheden," legde hij uit, "met de samenstelling van het eerste elftal. Maar ik heb gelukkig een oplossing gevonden.
Harm Rikkers...... Jij keept morgen in het eerste."
Opgewonden kreten klonken door de kamer en Harm voelde zich beurtelings warm en koud worden. Dr. Verheg ging verder:
"De achterhoede bestaat uit Pim Geerards en Ger Tenkink. Spil is Jimmy Harder. Dat zijn de enige drie van ons eerste, die me trouw zijn gebleven. Jimmy zal stopper-spil spelen. Proberen althans! En nu de rest.....
Dok bestudeerde de opstelling, die hij in z'n hand hield en de jongens, die vol spanning op z'n woorden wachtten, bemerkten hoe vermoeid hij er uitzag.
"De rest van het elftal zal bestaan uit..... Juniores I."
Doodstil was het in de kamer, terwijl Dok de opstelling verder voorlas: "Rechtshalf Bert v. d. Kluft, linkshalf Kees Gerrits. De voorhoede van rechts naar links: Fred Bakker, Kick Bommel, Hans Mertens, Tim Manders en Age Scheffer."
Dok wierp het vel op z'n bureau en lachte:
"Nou, ik geloof wel, dat het een verrassing is niet waar?"
Ja, het was zelfs zo'n verrassing, dat ze geen woord konden uitbrengen. Dit..... dit was onmogelijk! Wat zei Dok nu?
"Voor mij is het geen verrassing, boys. Ik heb dit al heel lang aan zien komen. 'k Wìst dat het met Quick de verkeerde kant uit zou gaan. Daarom nam ik mijn maatregelen. Jullie denkt, dat deze opstelling een wanhoopsdaad is, niet waar?
Welnu, dat is het zeer beslist niet! Want de taak die jullie morgen op je neemt - op je moet nemen, daarop heb ik jullie voorbereid!
Jullie hebt me altijd geloofd. Welnu, je moet me nu ook geloven. Ik zeg je: jullie zijn klaar voor deze taak. Jullie zijn in staat om ons Quick te redden!"